Onderstaande foto is Kleurvererving in notendop, je moet natuurlijk ook nog rekening houden met het vererven van wel of geen verdunning, met en zonder wit, met en zonder zilver/smoke, wel of geen tabby .... voor mij inmiddels gesneden koek.
EENVOUDIGE KLEURGENETICA – SAMENVATTING
Dominant = overheersend
Recessief = ondergeschikt
Homozygoot = kleurzuiver
Heterozygoot = niet kleurzuiver
Er zijn twee hoofdkleuren: zwart en rood. Alle andere kleuren zijn hiervan afgeleid.
Zwart en rood zijn zogenaamde “dominante” kleuren = hoofdkleuren.
De van zwart en rood afgeleide zogenaamde “recessieve” kleuren worden ook wel verdunde kleuren genoemd.
De van zwart afgeleide kleur bij de Maine Coon is: blauw.
De van rood afgeleide kleur bij de Maine Coon is: crème.
Wanneer één van de ouderdieren een hoofdkleur heeft, dan is dat al voldoende om ook kittens met een hoofdkleur te krijgen, ongeacht de kleur van het andere ouderdier.
Bij een verdunde kleur ligt dat anders. Beide ouders kunnen een (onzichtbare) factor voor een verdunde kleur met zich meedragen zonder zelf uiterlijk deze kleur te bezitten en in dat geval kunnen de kittens deze kleur vererven. Deze factor kan zelfs van verre voorouders zijn geërfd en generaties lang onzichtbaar zijn meegedragen en doorgegeven aan de volgende generaties.
Wanneer slechts één van de ouderdieren een verdunde factor met zich meedraagt kan hij/zij die factor aan zijn of haar kittens doorgeven, maar de kittens zullen dan uiterlijk alleen de hoofdkleur vertonen en niet de verdunde kleur.
Uit twee ouders met de (dominante) hoofdkleuren zwart en rood kunnen dus wel kittens geboren worden die de ervan afgeleide kleuren (bij de Maine Coon blauw en crème) dragen, maar omgekeerd is dat niet mogelijk. Uit twee ouders met de (recessieve) afgeleide kleuren blauw en crème kunnen geen kittens geboren worden die hoofdkleuren dragen.
Elke kat heeft twee geslachts-chromosomen. Een poes heeft
twee precies dezelfde geslachts-chromosomen X en X. Een kater heeft twee
verschillende geslachtschromosomen, één X-chromosoom en één Y-chromosoom.
Elk nieuwgeboren wezentje ontvangt één chromosoom van pa en één chromosoom van ma.
De kleurvererving is een geslachtsgebonden vererving. De kleuren zitten op het X-chromosoom.
Het Y-chromosoom kan geen kleuren vasthouden.
Zonen krijgen dus altijd de kleur van hun moeder en dochters krijgen de kleur van beide ouders.
Schildpad komt bijna alleen voor bij poezen. Het ene X-chromosoom draagt dan rood of creme en het andere X-chromosoom draagt dan zwart of blauw. Schildpad is een bijzondere kleur omdat deze poezen eigenlijk tweekleurig zijn en beide kleuren apart vererven.
Schildpad katers zijn uitzonderingen, zij hebben 3 geslachtschromosomen (XXY) en zijn bijna altijd onvruchtbaar.
Wit is geen kleur. Een witte vacht is als een jasje
waaronder de werkelijke kleur verborgen zit.
Bij een witte kater kijk je naar de moeder om de “verborgen” kleur onder de witte jas te bepalen. Katers krijgen immers de kleur van hun moeder.
Bij een witte poes is het ingewikkelder om de kleur te bepalen.
Een poes erft namelijk haar kleur van beide ouders. Wit wordt altijd direct geërfd van pa of ma.
Wit is dominant, het kan geen generatie overslaan en kan dus niet rechtstreeks worden geërfd van opa of oma.
De kleuren van de Maine Coon kunnen in een viertal groepen
worden verdeeld:
klassieke kleuren - wit, zwart, blauw, rood, crème, zwart schildpad en blauw schildpad
zilver / smoke's - witte ondervacht met gekleurde haarpunten
tabby’s - streepjespatroon (mackerel), gemarmerd (blotched)
particolors - katten met witte aftekeningen
Tegen elke dominante kleurfactor staat een recessieve kleurfactor:
Dominante kleurfactoren Recessieve kleurfactoren
Wit ↔ Niet wit
Hoofdkleuren (zwart en rood) ↔ Verdunde / afgeleide kleuren (blauw en creme)
Zilver ↔ Niet zilver
Tabby ↔ Effen (niet tabby)
Particolour ↔ Niet particolour (zonder witte aftekeningen)
De dominante kleurfactoren zijn altijd makkelijk te zien, als je ze niet ziet dan heeft de kat ze niet en kan de kat ze ook niet vererven aan de kittens.
Recessieve kleurfactoren daarentegen zijn moeilijker te bepalen, ook als je ze niet ziet bij de kat kan hij/zij ze toch vererven.
Het is niet te bepalen of een kat met dominante kleurfactoren homozygoot (kleurzuiver) of heterozygoot (kleur onzuiver) is voor die kleurfactor.
De recessieve tegenhanger is immers niet zichtbaar en kan generaties lang onzichtbaar worden doorgegeven. Een heterozygote (kleuronzuivere) kat heeft uiterlijk de dominante kleurfactor maar kan ook de recessieve kleurfactor vererven aan de kittens.
Een kat met een zichtbare recessieve kleurfactor is altijd homozygoot (kleurzuiver) voor die kleurfactor en zal ze dus altijd vererven aan de kittens.
Er geldt altijd dat uit twee dezelfde recessieve kleurfactoren nooit de dominante tegenhanger geboren kan worden.
Dus uit twee effen katten kan nooit een tabby geboren worden, uit twee niet-zilvers kan nooit een zilver geboren worden, etc.
Uit twee dezelfde dominante kleurfactoren kan wel de recessieve tegenhanger geboren worden.
Dus twee hoofdkleuren kan een verdunde kleur geboren worden, uit twee particolours kan een niet-particolour geboren worden, etc.
De kleurfactoren vererven niet geslachtsgebonden
Het maakt dus niet uit welke van de ouderdieren de dominante of recessieve kleurfactor draagt.
-------------------------------------------------------------------------------
Onderstaand programmatje werkt helaas niet meer, ik moet hier iemand met kennis van zaken naar laten kijken....
|